Schrif­te­lijke vragen visbeleid en vismi­gratie

Antwoord 1: Rondom het visbeleid werd gewerkt met verschillende vastgestelde beleidsnota’s. Er ontbrak echter een overkoepelend visbeleid van WDODelta. Het visbeleid betreft een verdere uitwerking van de kaders die gegeven zijn in het waterbeheerprogramma, KRW, beleid recreatief medegebruik en grondbeleid.

Het waterschap heeft het visrecht aan verschillende visverenigingen, hengelsportfederaties en beroepsvissers uitgegeven. De overeenkomsten zijn al vele jaren oud, vaak tussentijds stilzwijgend verlengd en verschillen sterk in voorwaarden. De verschillende voorwaarden zijn niet meer uitlegbaar en zijn toe aan harmonisatie.

Het “nieuwe visbeleid” geeft handvaten om deze overeenkomsten te uniformeren en beschrijft een heldere lijn hoe we omgaan met nieuwe aanvragen voor de huur van het visrecht. Zo geven we onder meer geen nieuwe overeenkomsten meer uit voor het aalrecht en het schaaldierrecht. Hiermee kunnen we de Aal beter beschermen in ons gebied en zijn we voor de aanpak van de Amerikaanse rivierkreeft niet meer afhankelijk van de huurder van het recht. Ook in de bestaande overeenkomsten nemen we afspraken op over het omgaan met de Aal en de Amerikaanse rivierkreeften. De samenwerking met beroepsvissers, hengelsporters en terreinbeherende organisatie vinden we belangrijk in het visbeleid. We geven hier invulling aan door zitting te nemen in de op te richten visstandsbeheerscommissie Drents Overijsselse Delta. In ruil voor wederdiensten in de vorm van hulp bij vissterfte en KRW monitoring verlagen we de huurprijs voor hengelsporters naar €1,-/jaar.

Antwoord 2: Het vismigratie beleid gaat specifiek over het vispasseerbaar maken van stuwen en gemalen. Het vismigratiebeleid in KRW-waterlichamen is verankerd in de stroomgebiedsplannen en het waterbeheerprogramma. Het vismigratiebeleid buiten de KRW-waterlichamen is door het algemeen bestuur vastgesteld in 2018. Op dit moment vindt een evaluatie van het vismigratiebeleid plaats. De resultaten daarvan worden in het najaar van 2024 aan u voorgelegd.