Schrif­te­lijke vragen aan het Dagelijks Bestuur betref­fende de bollen­teelt in het algemeen en de lelie­teelt in het bijzonder.


Indiendatum: 15 apr. 2024

Schriftelijke vragen van de Partij voor de Dieren in het Waterschap Drents Overijsselse Delta aan het Dagelijks Bestuur betreffende de bollenteelt in het algemeen en de lelieteelt in het bijzonder.

Een teler in Diever heeft geen toestemming gekregen om lelies te telen naast een basisschool en peuterspeelplaats (NOS Nieuws 27-3-2024). De omwonenden maakten bezwaar tegen het voornemen van de kweker en kondigden aan naar de rechter te stappen, maar het gemeentebestuur maakte duidelijk dat de teler niet aan de gang mag naast de basisschool. Het is voor het eerst dat de omstreden lelieteelt in Drenthe door de overheid aan banden wordt gelegd. In Boterveen was het de rechter die protesterende omwonenden tegen de lelieteelt in het gelijk stelde.

Bij de teelt worden bestrijdingsmiddelen gebruikt, die waarschijnlijk ernstige neurologische aandoeningen kunnen veroorzaken, zoals Parkinson, Alzheimer en ALS. Er is nog niet veel bekend over de risico’s van stapeling van bestrijdingsmiddelen en verspreiding via water en lucht. De Gezondheidsraad heeft geadviseerd om het voorzorgsprincipe toe te passen.

De Partij voor de Dieren heeft de volgende vragen voor het Dagelijks Bestuur van WDODelta:

1. Zijn er gegevens bekend bij het DB over vervuiling van het oppervlaktewater door uitspoeling van landbouwgif, veroorzaakt door de bollen- en specifiek de lelieteelt? Zo nee, is het DB bereid om onderzoek te doen naar de gevolgen van landbouwgif voor de bodem en het oppervlaktewater?

2. Hoe denkt het DB over het instellen van spuitvrije zones om de gevolgen voor de omgeving, de natuur en het oppervlaktewater te reduceren?

3. Heeft het DB zicht op de uitstroming van landbouwgif naar drinkwaterbronnen?

4. Hoe denkt het DB de drinkwaterbronnen te kunnen beschermen tegen het landbouwgif dat in de bollenteelt en met name de lelieteelt gebruikt worden?

5. Hoeveel grondwater wordt opgepompt per hectare ten behoeve van de lelieteelt?

6. Klopt het dat er ook eeuwenoud water wordt opgepompt?

7. Hoe denkt het DB over de relatie tussen de bollen- en lelieteelt op hooggelegen oude essen in Drenthe en in de buurt van natuurgebieden en het principe ‘water en bodem sturend’?

8. Deelt het DB de mening dat de hoge dosering van landbouwgif voor de bollenteelt het voldoen aan de KRW doelstelling bemoeilijkt? Graag uw toelichting.

9. Is het DB bereid om over de lelieteelt in gesprek te gaan met gemeenteraden en Provinciale Staten van Drenthe en Overijssel vanwege de grote onttrekking van het grondwater voor de lelieteelt en de vervuiling van het oppervlakte- water? Zo nee, waarom niet?

Anna van der Maas – Partij voor de Dieren

Indiendatum: 15 apr. 2024
Antwoorddatum: 14 jun. 2024

Antwoord 1

Ja die zijn bij ons bekend. Voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en de milieubelasting in de bloembollenteelt (en andere teelten) maken wij onder andere gebruik van de website van Agrimatie (WUR). Op deze website staat onder meer het volgende: Het middelengebruik in de bloembollenteelt daalt licht (9-10-2023). De inzet van gewasbeschermingsmiddelen in de bloembollenteelt bedroeg in de periode 2019 - 2021 gemiddeld 77 kg per hectare per jaar. Dit was iets minder dan in de periode ervoor. Er wordt veel minerale olie gebruikt om virusoverdracht door luizen tegen te gaan; de milieubelasting van minerale olie is echter tamelijk laag. Op deze website is ook te zien dat, net als de hoeveelheid actieve stof, ook de totale milieubelasting van de inzet van gewasbeschermingsmiddelen daalde.

De provincies zien toe en zijn verantwoordelijk voor de bescherming van Natura 2000 gebieden en van de kwaliteit van het grondwater met het oog op de drinkwaterwinning in grondwaterbeschermingsgebieden. Het waterschap is waterkwaliteitsbeheerder van al het oppervlaktewater binnen haar beheergebied. Gewasbeschermingsmiddelen kunnen via een groot aantal verschillende emissieroutes in het oppervlaktewater terechtkomen. De omvang en het belang van deze verschillende emissieroutes lopen sterk uiteen. De emissieroutes afspoeling en uitspoeling vanuit agrarische percelen en atmosferische depositie geven de grootste vrachten aan gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater (Informatiepunt Leefomgeving). Andere emissieroutes zoals drift (overwaaien van spuitnevel), morsen, erfemissies, het spuien van drainagewater in de glastuinbouw en het lozen van spoelwater zijn verantwoordelijk voor kortdurende piekbelastingen met hoge concentraties in het oppervlaktewater. Juist de hoge piekconcentraties zijn de oorzaak van normoverschrijdingen in het oppervlaktewater.

Vanuit onze rol als oppervlaktewaterkwaliteitsbeheerder is WDODelta nauw betrokken geweest bij de opzet van het landelijk meetnet gewasbeschermingsmiddelen. Het landelijk meetnet is in 2013 onder andere opgezet om een verband te leggen tussen het gebruik van deze middelen en het voldoen aan de waterkwaliteitsnorm. Op basis van de meetdata van de waterschappen in Nederland wordt door Deltares jaarlijks (vanaf 2014) een evaluatie opgesteld voor de 7 teeltgroepen (naast bloembollenteelt ook akkerbouw, boomkwekerij, fruitteelt, glastuinbouw, maïs en grasland, en wintertarwe). Meer informatie over het doel en opzet van het landelijk meetnet gewasbeschermingsmiddelen vindt u in de meest recente factsheet op de website van de Unie van Waterschappen. De meest recente publicatie van meetresultaten (evaluatie tot en met 2022) vindt u hier op de website van Deltares.

Antwoord 2

In het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) zijn regels opgenomen voor het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de buurt van oppervlaktewater. Vanuit onze rol als bevoegd gezag ziet het waterschap toe op een juiste naleving van deze regels voor wat betreft het toepassen van gewasbeschermingsmiddelen op percelen nabij watergangen. De verantwoordelijkheid voor de bescherming van drinkwaterbronnen ligt bij de provincies.

Antwoord 3

Geregeld wordt informatie uitgewisseld met de provincies (bevoegd gezag grondwaterkwaliteit) en drinkwaterbedrijven.

Antwoord 4

Zie antwoord bij vraag 3.

Antwoord 5

Voor het onttrekken van grondwater voor het beregenen of bevloeien van gewassen gelden algemene regels op grond van de Waterschapsverordening WDODelta. Voor de opgave door agrariërs aan het waterschap van de hoeveelheid onttrokken grondwater wordt geen onderscheid gemaakt naar gewas. De leeftijd van grondwater (periode sinds het water als regen is gevallen en de grond is ingetrokken en tot het op een zekere diepte wordt opgepompt) is afhankelijk van de diepte.

Antwoord 7

De teelt van lelies en/of andere bloembollen is, net als andere gewassoorten, een vrije keuze van ondernemers. Waterbeschikbaarheid is echter geen vanzelfsprekendheid, eventuele consequenties voor de teelt bij een watertekort worden door ons gezien als een ondernemersrisico.

Antwoord 8

In algemene zin geldt dat voor alle teeltgroepen in Nederland extra inspanningen geleverd moeten worden om minder emissies en normoverschrijdingen te realiseren. Dat geldt zoals gezegd voor alle teeltgroepen, zie ook de rapportage waarnaar verwezen wordt bij vraag 1.

Antwoord 9

WDODelta participeert in het programma www.duurzamebollenteeltdrenthe.nl en draagt zo bij aan verduurzaming van de teelt. Concrete doelstelling van het programma betreft onder andere een reductie van de milieubelasting met 50% gedurende de looptijd van het programma. In dit programma is naast gemeente Westerveld, provincie Drenthe en het ministerie van LNV ook de sector vertegenwoordigd en zijn de onderwerpen waterkwaliteit en -kwantiteit belegd. Om die reden zijn wij van mening dat hiernaast geen specifieke gesprekken met provincies en gemeenten nodig zijn over de grondwateronttrekkingen ten behoeve van de lelieteelt.